-Zijn de doelstellingen van Windpark Houten gehaald?
-Welke lessen kunnen we trekken uit de realisatie van het windpark voor de mogelijke ontwikkeling van een tweede windpark?
Het rapport van de onderzoekers is gebaseerd op schriftelijke bronnen, interviews met direct betrokkenen en een enquête onder omwonenden. Ook een burgerpanelonderzoek en een analyse van meldingen/ klachten over het windpark hebben deel uit gemaakt van de evaluatie.
Energiedoelstelling
Het onderzoek geeft aan dat het windpark aan de Veerwagenweg ongeveer een kwart bijdraagt aan de 16% duurzame energiedoelstelling voor Houtense huishoudens, zoals dat staat in het collegeprogramma 2014-2018. Uit de evaluatie blijkt ook dat een groot deel van de Houtenaren duurzame energie ondersteunt. Een grote meerderheid (72%) staat in het algemeen positief tegenover windenergie op land. 60% van de Houtenaren is positief over het windpark Houten. 25% van de Houtenaren is negatief over de het windpark. B.en w. zien windenergie ook in de toekomst als onmisbaar onderdeel om de 16 % duurzame energiedoelstelling te kunnen halen.
Draagvlak
De onderzoekers adviseren om gebruik te maken van de groeiende kennis en ervaring om draagvlak voor een windpark te vergroten. Protocollen of gedragscodes bieden de gemeente belangrijke handreikingen voor een zorgvuldig proces rondom de komst van een tweede windpark. Het college onderschrijft de aanbevelingen, maar wijst ook op een aantal factoren die van Houten een unieke casus maken. Zoals het langdurige besluitvormingsproces dat ruim tien jaar in beslag heeft genomen. En het feit dat, halverwege die periode, door de nieuwbouw in Houten-Zuid zich een grote groep nieuwe omwonenden aandiende die bij de start van de besluitvorming nog niet in beeld was. De gemeenteraad heeft over de jaren een constante keuze gemaakt vóór de komst van het windpark aan de Veerwagenweg. Maar omdat de windturbines bij drie achtereenvolgende lokale verkiezingen inzet van de campagne waren, is naar overtuiging van het college bij inwoners de verwachting gewekt dat de komst van het windpark nog steeds ter discussie stond.
Communicatie
Het college onderschrijft de aanbevelingen in het rapport over open en heldere communicatie. Belangrijk leerpunt is dat de gemeente nadrukkelijk aandacht moet besteden aan heldere afspraken met initiatiefnemers en direct betrokkenen over rol- en taakverdeling op het gebied van communicatie en participatie.
Handhaving en maatwerkvoorschriften
De geluidseisen die voor het windpark gelden, zijn strenger dan de landelijke norm. Ze zijn vastgelegd in zogeheten maatwerkvoorschriften. Ondanks deze beperkingen, constateren de onderzoekers, zijn er nog geregeld bewoners die melding maken van overlast. Het college noemt het teleurstellend dat het strengere geluidsregime niet heeft geleid tot een lagere mate van ervaren geluidsoverlast.
De onderzoekers concluderen verder dat het regelmechanisme van de drie windturbines niet altijd goed werkt. De molens staan soms stil, terwijl ze wel zouden mogen draaien. Ook komt het voor dat ze draaien op momenten dat ze volgens het regelmechanisme dat is ingesteld voor de maatwerkvoorschriften moeten stilstaan. De gemeente gaat met de exploitant van het windpark, Eneco, in gesprek over het verder verfijnen van het regelmechanisme.
Een andere aanbeveling die het college wil bespreken met Eneco en met de Regionale Uitvoeringsdienst Utrecht (RUD) is op het gebied van toezicht houden en handhaven. Tot nu toe werden alleen meetgegevens over windrichting en -snelheid gebruikt om te berekenen of en hoe een turbine op een bepaald moment mocht draaien. De onderzoekers adviseren om hiervoor in het vervolg ook de productiegegevens van Eneco te gebruiken. Die geven aan of de molens ook echt stil hebben gestaan. Het college wil deze werkwijze aanpassen en overlegt dit met de RUD die de handhaving doet.
Hoe verder?
Met de conclusie en aanbevelingen van de Universiteit Utrecht als uitgangspunt, gaat het college van b. en w. aan de slag met de ontwikkeling van een tweede windpark. Het college vraagt de initiatiefnemer om voldoende draagvlak te organiseren. Daarvoor zal het college randvoorwaarden meegeven waaraan moet worden voldaan en waarop zal worden getoetst.
Het college van burgemeester en wethouders geeft het evaluatierapport nu ter bespreking in handen van de gemeenteraad. Het rapport is onderwerp van gesprek in het Rondetafelgesprek op 10 november. Besluitvorming vindt plaats tijdens de debat- en besluitvormende raad op 24 november.
Lees de reactie van het college van b. en w. op het rapport.